maandag 24 juli 2023

KRACHTPLAATSEN IN DE LAGE LANDEN - WEST


KRACHTPLAATSEN OEGSTGEEST

Oegstgeest kent een aantal interessante plaatsen. Het Groene Kerkje had al heel lang mijn interesse en deze plek was mijn ingang. Achtereenvolgens behandel ik eerst de geschiedenis van Oegstgeest; en de vondst van de Osgerschaal. Daarna De Oude Hof, Abspoel, Oud-Poelgeest en Endegeest. De belangwekkendste gebieden, voor zover ik weet.

1 De Geschiedenis van Oegstgeest; de schaal van Osger; het wapen van Oegstgeest

2 Het Groene Kerkje

3 De Oude Hof

4 Abtspoel

5 Oud-Poelgeest 

6 Endegeest


Een belangrijke vondst: de schaal van Osger

In het gebied dat Nieuw-Rhijngeest wordt genoemd, deed de Universiteit van Leiden onder leiding van drs. Jasper de Bruin in 2004-2005 (onder de tijdelijke studentenwoningen die daar stonden) opgravingen: de ‘site’, lag iets ten noordwesten van het Corpusgebouw. Er heeft hier een grote Merovingische nederzetting in de 6e en 7e eeuw bestaan.

Men vond in opeenvolgende jaren sporen en overblijfselen van huizen, waterputten, hekken, ,alsmede een mooi weefgewicht en een prachtig versierde kam. Veel hout ook, waaronder duigen van een wijnvat met daarop kuipersmerken die mogelijk letters zijn. Dat laatste zou bijzonder zijn, aangezien er geen Merovingisch schrift bekend is. Haaks op de 300 meter lange kadewand die eerder al is gevonden, zijn vier staanders van een brug aangetroffen en de plaats aan de overzijde waar het brugdek op land kwam.

In 2009 werd er opnieuw, nu op Nieuw-Rhijngeest-zuid archeologisch onderzoek verricht, op het terrein ten zuiden van Corpus. Ook nu trof men weer mooie dingen aan, zoals een deel van een huisplattegrond en een complete andere huisplattegrond van ongeveer 6 bij 20 meter; een zilveren munt; een aantal waterputten, gemaakt van vermoedelijk scheepshout. Het restant van één daarvan is in zijn geheel gelicht en naar een laboratorium gebracht om te worden onderzocht; ­een benen naald en nog veel meer.

Deze relatief grote nederzetting droeg de naam Overdorp. Er hebben in de loop der tijd enige tientallen woonstalhuizen van ongeveer 6 × 20 meter gestaan, verdeeld over vier ‘wijken’ die door geulen gescheiden waren maar door dammen en bruggen met elkaar verbonden. De bijgebouwen lijken vaak een verhoogde vloer te hebben gehad, kennelijk ter bescherming tegen het water, maar ook tegen ongedierte. Langs de Oude Rijn zijn honderden meters kadewand aangetroffen met daarin boothellingen voor het in en uit het water halen van schepen.

Ook is op Angelsaksische wijze versierd aardewerk gevonden. Een houten drinknap is eveneens aangetroffen, evenals een van handvatten voorziene en fraai bewerkte houten trog; een soort dienschaal lijkt het wel. Ander houten vaatwerk is ook gevonden; de indruk bestaat dat dit een veel grotere rol speelde dan tot nu toe werd vermoed: het meeste is in de grond vergaan, in tegenstelling tot het aardewerk dat in veel grotere hoeveelheden is overgebleven.

Er is geen grafveld aangetroffen – dat zou bijvoorbeeld onder de A44 kunnen liggen, of men begroef op het grafveld in Rijnsburg – maar wel een aantal bijzondere begravingen. Aan de landzijde van het dorp lag een paardenbegraving, een andere nog zeer bijzondere lag in het midden van het dorp. In deze zijn twee volgetuigde paarden ritueel ter aarde besteld. En dat is niet alles. Ook zijn er graven van kostbaar uitgedoste vrouwen met hun honden. Er zijn dus bijzondere archeologische vondsten gedaan.

De schaal van Osger

Het meest spectaculair is een schaal van - in de loop der eeuwen zwart geworden - zilver met aan de binnenkant in goud uitgevoerde afbeeldingen van dieren die elkaar achtervolgen. Maar niet alleen dier- ook plantfiguren, in bladgoud en ingelegd met halfedelstenen. De schaal zou uit de eerste helft van de zevende eeuw afkomstig zijn.

Ik haal hier informatie uit verschillende bronnen aan. Over de datering lijkt in eerste instantie geen eenduidigheid, maar de informatie is soms niet helemaal helder.

Het zeldzame object is op 4 juni 2013, gevonden in Oegstgeest, op het terrein van het Bio Science Park Leiden. Aldus Binnert Glastra, in de Volkskrant van 1 juli 2014.  De onderzoekers troffen de schaal aan bij de opgraving van  een nederzetting uit de zesde eeuw. Het dorpje wat onderzocht werd, lag langs de Rijn en door het dorp stroomde verschillende wateren. Langs één van deze waterloopjes is de schaal aangetroffen. De provincie Zuid-Holland, eigenaar van de vondst, heeft de schaal laten restaureren.

De schaal moet in de 4e eeuw ergens in zuidoost Europa gemaakt zijn. In de 6e eeuw zijn er door een goudsmid uit Kent verguld zilveren beslagstukken aan bevestigd, net als een grote met juwelen bezette gouden schijf op de bodem. De schaal is versierd met dier- en plantfiguren in vuurvergulding en is ingelegd met halfedelstenen.

De schaal is kennelijk als offer in de bodem terechtgekomen; ze was in het Rijksmuseum te Oudheden in bruikleen te zien in de tijdelijke tentoonstelling ‘Gouden Middeleeuwen’ en is daarna opgenomen in de vaste collectie ‘Archeologie van Nederland’, als de ‘Schaal van Oegstgeest’. De schaal van Osger dus!

De schaal, die (vermoedelijk) als drinkschaal of als wasbekken gebruikt is, is samengesteld uit verschillende onderdelen met verschillende dateringen. Het oudste deel, uit de vierde of vijfde eeuw, de schaal zelf, dateert waarschijnlijk uit de Laat-Romeinse tijd (300-500 na Christus, specificeert men op de website Geschiedenis van Zuid-Holland) en de afbeeldingen wijzen erop dat de schaal uit het oostelijke Middellandse Zeegebied of het Nabije Oosten afkomstig is. De overige decoraties dateren uit de eerste helft van de zevende eeuw en wijzen op culturele invloeden uit Duitsland, het Germaans Rijngebied dus, waaronder ook het beslag dat is gemaakt van verguld zilver, terwijl de ophangbevestiging van de schaal vooral bekend is uit Engeland en Scandinavië. Onderaan de beslagstukken zijn mensen- of monsterkoppen te zien. Het goud is ingelegd met granaat, een halfedelsteen uit India of Pakistan. De vormgeving van de beslagstukken is uitbundig te noemen.

Op een bepaald moment, schrijft men op de Geschiedenis van Zuid-Holland nog, is de centrale schijf op de bodem van de schaal gemonteerd. Deze schijf kan oorspronkelijk onderdeel zijn geweest van een mantelspeld, hoewel het ook mogelijk is dat de schijf speciaal voor deze schaal is gemaakt. 

Vorm en decoratie, schrijft men hier verder, wijzen op herkomst uit het Duitse Rijnland, met een datering in de eerste helft van de 7e eeuw (600 – 650 na Christus). “Opvallend is de kruisvormige indeling van de granaten op de centrale schijf; werd hiermee een oudere, profane afbeelding op de bodem van de schaal afgedekt? In dat geval zou de schijf met kruisvorm gezien kunnen worden als een symbolische overwinning van het christendom op oudere goden. De beslagplaten met de ophangringen zijn ook later aan de schaal toegevoegd en wijzen qua stijl ook op het Rijnland als inspiratiebron. De schaal symboliseert hiermee de hele uitwisselingswereld van de Laat-Romeinse Tijd en Vroege Middeleeuwen, waarbij objecten en ideeën zich verplaatsten over grote afstanden. Niet lang nadat de schaal verder is verfraaid, is hij op de bodem van een kreek terechtgekomen.” Oftewel staat de schaal dus symbool voor de internationale positie waarin Nederland zich vijftienhonderd jaar geleden bevond.

foto Universiteit Leiden


De scherven en het resultaat                              

Verondersteld wordt dat de schaal, met een diameter van 21 centimeter en een hoogte van 11 centimeter, als offer in de grond is gekomen. Dergelijke rijke vondsten zijn zeer zeldzaam. De schaal is bijzonder, omdat vergelijkbare schalen meestal van brons zijn. Bovendien zijn die nooit versierd met uitbundig goudbeslag. Het gaat dus om een uniek stuk, niet alleen voor Nederland maar voor heel West-Europa. Tot het moment dat de schaal werd gevonden, waren op de nederzetting in Oegstgeest geen aanwijzingen voor de aanwezigheid van een lokale of regionale elite. Mogelijk woonden elitaire personen in deze periode eveneens in ‘gewone’ boerderijen.

Maar behalve dat het een prachtig object is, is er nog een belangrijke reden. De vondst is daarom dus ook waardevol omdat het inzicht geeft in de ‘rijkdom’ van deze streek, van de bewoners hier, in die tijd. Bovendien waren er tot nu toe ook nog weinig aanwijzingen voor grote handelsnederzettingen bij de Rijnmond. "Het mooie van de opgraving is dat die aanwijzingen nu in de vorm van kaden en beschoeiingen naar boven zijn gekomen. En dat is misschien nog een grotere winst dan de schaal zelf," aldus Leidse historicus Hans Mol. "Ik heb in de globale berichtgeving van de archeologen nog niets gelezen over een 'tweede Dorestad', maar het doet me er wel aan denken."  Het lijkt er op alsof we nu met 'Oegstgeest-Rijnmond' een derde machts- en handelszwaartepunt langs de benedenstroom van de Rijn hebben naast Dorestad en Utrecht, die ook in de eerste helft van de zevende eeuw tot ontplooiing kwamen, aldus Mol op de website van de universiteit van Leiden, juli 2014

"De prangende vraag is natuurlijk wie de eigenaar van deze prachtige schaal was". Mol vraagt zich af of de laatste bezitter een handelaar of vervoerder was - die een vorst of aristocraat elders als opdrachtgever had - of juist een aristocraat ter plaatse, die dan toch een bepaalde macht moet hebben bezeten. Jasper de Bruin, de archeoloog van de Universiteit Leiden, denkt aan dat laatste.

Tot het moment dat de schaal werd gevonden, waren op de nederzetting in Oegstgeest geen aanwijzingen voor de aanwezigheid van een lokale of regionale elite. Mol merkt op, "het feit dat op het hele opgravingsterrein vooralsnog alleen 'gewone' boerderijen zijn gevonden, doet vermoeden dat dit niet het geval was. Tenzij we dan maar met Jasper de hypothese moeten omdraaien en gaan veronderstellen dat elite toen (nog) niet in elite-behuizingen woonde?". “Misschien woonde de elite in deze periode in ‘gewone’ boerderijen.” De vondst duidt op een vroegere elite in Oegstgeest met  een wijdvertakt internationaal netwerk, is in ieder geval de mening op de website archeologieonline.

De vondst blijft ‘toch ook raadselachtig en onverklaarbaar’. Internationaal gezien is het uiteraard een product van groot ambachtelijk vakmanschap, zeer waarschijnlijk dus geproduceerd in verschillende fasen. Daarnaast zegt de vondst dus ook iets over de vindplaats, Oegstgeest. Het is, nogmaals, immers een aanwijzing dat de Rijnmond als handels- en bewoningscentrum belangrijker was en een hogere graad van welvaart had bereikt dan tot dusver werd gedacht.

 

 

© Lida van de Water

Bronnen

Levend Verleden:  https://historischeverenigingoegstgeest.nl/erfgoed/levend-verleden/03-overdorp-en-de-schaal-van-oegstgeest

https://www.universiteitleiden.nl/nieuws/2014/07/de-schaal-van-oegstgeest-een-tweede-dorestad

https://archeologieonline.nl/nieuws/unieke-zilveren-schaal-in-oegstgeest-uit-vroege-middeleeuwen

https://geschiedenisvanzuidholland.nl/verhalen/verhalen/archeologische-vondst-schaal-van-oegstgeest/

Nieuwsbrieven van www.oudoegstgeest.nl/hisvo

Uit: Levend Verleden:  https://historischeverenigingoegstgeest.nl/erfgoed/levend-verleden/03-overdorp-en-de-schaal-van-oegstgeest

 

 

 

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten